3D diagnostiek
Verschillende anatomische verhoudingen doen het implanteren bemoeilijken.
In de bovenkaak zijn er de neusbijholte en de neusholte die niet geraakt mogen worden (fig.1&2).
In de onderkaak is er een zenuwbaan in de kaak die voor het gevoel van de onderlip zorgt (fig3).
Op een traditionele foto welke 2 dimensioneel is, is geen diepte te zien, waardoor een juiste inschatting soms moeilijk is. Door een CTscan in het ziekenhuis te maken en deze in onze software te bekijken, kunnen we de kaak 3 dimensioneel bekijken (fig.4) Dan wordt er virtueel een implantaat gepland rekening houdend met de anatomische beperkingen. Deze planning wordt via het internet ge-upload naar Materialise in Leuven, waar vervolgens een boormal vervaardigd wordt die tijdens het implanteren gebruikt wordt (fig.5&6). Deze boormal definieert een juiste positie, richting en maximale lengte van het te plaatsen implantaat. Hoe beter het implantaat geplaatst wordt, hoe langer de levensduur.